TTIP staat op gespannen voet met democratie
The European Commission is making the secret Transatlantic Trade and Investment Partnership (TTIP) trade deal even more secret, introducing a new rule that means politicians can only view the text in a secure ‘reading room’ in Brussels.
Op zich best verontrustend, deze alinea die ik afgelopen vrijdag aantrof in The Independent. Tot nu toe weet ik niet zo goed wat ik met dat TTIP aan moet. Veel mensen om mij heen zijn er gepassioneerd over en vinden dat een dergelijke ruilovereenkomst met onze Amerikaanse companen zonder meer dient te worden afgewezen. Grote bedrijven die te veel macht hebben enzo. Vaak volgen er nog een paar argumenten met een hoog aluminiumhoedjesgehalte en krijg je “ignorant” naar je hoofd geslingerd als je het waagt daar je vraagtekens bij te plaatsen.
De voorstanders van TTIP, in mijn ervaring vooral het bedrijfsleven, politici en degenen die direct betrokken zijn bij het verdrag, zijn minder dik gezaaid. Ik heb namelijk nog weinig bronnen gevonden, naast de website van de Rijksoverheid, waarin ik TTIP verdedigd zie worden. Het zou dé missende schakel zijn voor het MKB, dat 69% van de Nederlandse export voor zijn rekening neemt. Het zou werkgelegenheid opleveren en vrijwel alles dat bij het (bedrijfs-)leven hoort makkelijker maken. Duidelijke handelsafspraken, minder gedoe met de douane, minder rompslomp voor iedereen.
Maar wat moeten wij ermee? Op dit moment is er, hoe surrealistisch dat ook klinkt, een verdrag in de maak dat in het geheim wordt opgesteld door louter ambtelijke en politieke belanghebbenden. Wat nog verontrustender is, is dat degenen die namens de EU onderhandelen dat doen met een op zijn minst twijfelachtige legitimiteit. Waar halen zij het mandaat vandaan om “Jan met de Pet” met zo’n ingrijpend verdrag op te zadelen?
Want het verdrag is wel degelijk ingrijpend. Een goede vergelijking valt te trekken met NAFTA, de North American Free Trade Agreement. Toen de Canadese stad Quebec door middel van een referendum besloot om geen gas meer te winnen via fracking, verhaalde het Amerikaanse bedrijf dat daarmee bezig was rustig de schade op Canada. In de vorm van een rekening van 250 miljoen dollar.
Canada kon als soevereine staat zelf de voorwaarden van het verdrag bepalen. Nederland heeft echter die soevereiniteit in de handen van de EU gelegd. De democratie waar we in denken te leven, bestaat dus niet meer als Nederland voor een democratisch genomen beslissing een boete aan een bedrijf moet betalen, omdat EU-onderhandelaars dat in achterkamertjes nu eenmaal zo hebben afgesproken.
Ten slotte vraag ik me af wie er mee gediend is dat dit verdrag nu bijna volledig achter gesloten deuren wordt opgesteld. Het is koren op de molen van complotdenkers, Eurosceptici en anti-globalisten, want ze hebben in deze wel degelijk een punt. Het komt er op neer, dat we de wet voorgeschreven krijgen door de USA, CEO’s van grote bedrijven en semi-democratisch gekozen mannen in maatpak. Uiteindelijk ligt er een verdrag opgesteld voor en door toch al machtige grote ondernemingen. Erg vertrouwenwekkend vind ik het in ieder geval niet.