Mijn droomrede
Vanmorgen schrok ik wakker uit een droom die me woordelijk is bijgebleven. Dat is heel bijzonder voor mij. Locatie: Ridderzaal. Spreker: De Koning. Droomt u even mee?
“Leden van de Staten-Generaal,
Ik kan hier natuurlijk braaf de onzin oplezen die Rutte en zijn maatjes bij elkaar hebben verzonnen, maar ik heb daar eigenlijk helemaal geen zin in. Laat ik er maar eerlijk voor uitkomen: we hebben er een puinhoop van gemaakt in ons land.
De vrije en welvarende samenleving die we na de Tweede Wereldoorlog met elkaar met zoveel moeite hebben opgebouwd, kraakt in haar voegen. De sfeer is benauwd, het debat is verkrampt en wordt door taboes beheerst. Dat hebben we gewoon laten gebeuren. Een kwestie van horen, zien en de andere kant op kijken. En de critici afbranden die het wagen er over te beginnen.
Tientallen jaren multicultureel pamperen van minderheden heeft nul komma zero bijgedragen aan integratie. Dat vreselijke woord integratie is iets wat alleen nog bestaat in beleidsnota’s. In de praktijk integreert niemand. Mensen trekken zich terug in hun eigen veilige reservaat. In hun eigen safe space. Of die nu in Wassenaar ligt, op het Kanaaleiland of in Poelenburg. Er zijn tientallen parallelle samenlevingen ontstaan. En we vinden het allemaal best.
De grenzen van ons land zijn allang verdwenen (wat is mijn Koninkrijk?) en de grenzen van Europa worden niet meer bewaakt. De toegang tot ons continent is een vergiet geworden. We laten ons chanteren door een Turkse dictator die de immigratieknop bedient. En die met één woord in staat is vele tienduizenden agressieve volgelingen de Europese straten op te sturen. We staan er bij en we kijken er naar. En Rutte spreekt zijn zalvende woorden.
Er kan niet meer gezegd worden wat we willen zonder dat beschuldigingen van racisme, xenofobie, islamofobie en fascisme over de tafel vliegen. Bepaalde gevoelige discussies kunnen niet meer gevoerd worden, omdat de politieke-correcte elite en de o zo deugende publieke media meteen ten strijde trekken. We vinden dat we geen eigen cultuur meer mogen hebben. Een cultuur die het waard is om verdedigd te worden tegen een primitieve, regressieve en repressieve ideologie.
Wie is nog bereid om te vechten voor de vrijheid, voor emancipatie en voor verheffing? Het zijn holle termen geworden in plaats van de strijdkreten die ze ooit waren. De kerk wordt verketterd, de moskee toegejuicht. Er wordt weggekeken van de ellende en er wordt cognitief dissonerend gepraat over dialoog, verbinden, subsidiëren en verwelkomen. Ondertussen leven de kansenparels hun agressie uit in onze binnensteden en zijn vrouwen, ouderen en homo’s niet meer veilig.
En dat alles onder het mom van onze spreekwoordelijke tolerantie. Ik heb er mijn koninklijke buik vol van, van die zogenaamde tolerantie. Het is een excuus geworden om niet de confrontatie te hoeven aangaan met alles wat onze vrije samenleving bedreigt. Om laf te vluchten in mooie, deugende statements en morele verontwaardiging. Ik wil helemaal niet meer tolerant zijn, ik wil redden wat er nog te redden valt.
En daarom bekijken jullie het verder maar met je Troonrede en je Miljoenennota, je verkiezingsprogramma’s en je rituele regendansen in de Tweede Kamer. Ik doe niet meer mee met deze poppenkast. Ik ben er klaar mee. Max, de meiden en ik bedanken voor de eer die geen eer meer is. Lang leve de Republiek!”
Ik weet het: dromen zijn bedrog. Mijn droomrede is een universum verwijderd van de echte Troonrede 2016 die zich over voorspelbare, platgetreden en nergens toe leidende Ruttiaanse paden bewoog. Maar zij weerspiegelt wel de gedachten die mij al lang bezighouden en mijn nachtrust verstoren. Op één punt na: ik ben geen republikein. Dat dan weer niet.
Over de auteur

Recent gepubliceerd
Economie31 december 2020Nederland Coronacratie
Politiek Nederland1 januari 2020Van de hoofdredacteur: OpinieZ in 2020
Media23 oktober 2019Kajsa Ollongren: minister van Waarheid en Deugmedia
EU28 november 2018Het Decreto Salvini: hoe Italië de immigratie beteugelt