Stranddag kabinet: sneu journaille, arm volk!
Ik zal de laatste zijn om het kabinet haar Heidag te ontzeggen. Een beetje managementteam weet dat er op gezette tijden in ‘de relatie’ geïnvesteerd moet worden. Ook onderhandelaars zijn gepokt en gemazeld in de mantra ‘hard op de zaak, zacht in de relatie.’ Een borrel op zijn tijd, waarbij vechtersbazen zich met natte ogen verzoenen, is een zegen voor bedrijf en vaderland.
Maar dat serieuze nieuwsmedia een strandwandelingetje van het kabinet pontificaal op ons netvlies willen branden, is een gotspe. Zijn onze eindredacteuren werkelijk zo onnozel om in het zwaard van impressiemanagement te vallen?
Gôh, we zien kabinetsleden een beetje op het strand ronddarren. Nou, dat is een scoop zeg.
De instructies van de afdeling Voorlichting dropen van het beeld: ‘Wel casual hoor, en vooral lachen. Jij ook, Jeroen. We zijn een team, één winning team.’ Je hoorde Rutte zeggen: ‘Jet, geef mij een arm.’ En Asscher: ‘Geweldig idee Mark, hou ik d’r handje vast. Is goed voor de beeldvorming. Dit kabinet steunt ook de kreupelen in de samenleving. Daar houdt het volk van.’
Hadden de kabinetsleden nou een middagje paintball in het Haagse Bos gedaan of bloot een zweetsessie in een tipitent op het Lange Voorhout, ja, dan was er nieuwswaarde geweest. Wie had Melanie niet willen horen bassen als zij Jeanine met een verfkogelbombardement volledig had besmeurd? En ook een zwetende Jet Bussemaker zou vele tongen hebben losgemaakt. Dan hadden zij pas echt aan team building gedaan!
Laten we erin berusten. Impressiemanagement van leiders behoort tot les één van het VMBO voor bestuurders en managers. Elke minister en staatssecretaris weet het: zonder gespin, geen gewin. De media zijn een puik werktuig.
Wie aan de top wil blijven moet wel een leiderschapsmythe creëren. De hoop moet erin gehamerd: volg ons, vertrouw mij en het loopt goed af. Zelfs Rutte lijdt aan dat Messiassyndroom. Hij is eigenlijk geen haar beter dan die schurk Poetin. Beide knutselen en etaleren als Razende Roelands hun imago.
Poetin laat zich fotograferen met blote bast en Kalasjnikov op een knol en Rutte peddelt frivool op een dienstfiets. Vladimir duikt met een mini-onderzeeër naar wrakken en Mark zoekt met Sharon schelpjes op het strand: de testosteron-leider versus de zorgzame buurman. Ze tonen zich op deze manier omdat ze weten dat wij dat zo willen. Nederlanders vreten geen macho’s zoals de Russen geen watjes blieven.
Van wie spinnende voorlichters dat allemaal geleerd hebben? Wel, van Goebbels. Die was de geniale pionier. Hij bracht de leiderschapsmythe als een van de eersten op een hoger plan met zijn films, radio en massabijeenkomsten. Als hij niet zo ongelooflijk fout was geweest, hadden we nu naast de Edison en de Oscar de jaarlijkse Goebbels gehad. De strandsessie van zomer 2015 zou genomineerd zijn geweest in de categorie ‘we-hebben-ze-tuk’.
Ons kabinet presenteerde zich in hoody en spijkerbroek. Op het strand. Omdat wij ze graag zo zien: onze leiders, gewone mensen, burgers van de middelmaat, zonder Bentleys, zonder kapsones en schandalen, zonder toyboy of mistress. Saai, omdat we zelf zo zijn, zo saai.
Sneu journaille, arm volk.
Over de auteur

-
Managementboekenschrijver, leiderschapshistoricus en veranderkundige.
Werkt op dit moment aan drie projecten:
1. Onderzoek naar Leiderschap in veranderingsprocessen (met de Kring Andragologie en de UvA).
2. Intellectuele geschiedenis: Leiderschapsadviezen in de Westerse cultuur, van Homerus tot Johan Cruijff.
3. Het boek: ‘Wijvenstreken’, het politieke spel van vrouwen in organisaties.