Israël is mijn veilige plek

Het wezenlijke verschil tussen onze ouders en ons, de naoorlogse generatie, is het bestaan van Israël. De voor mij onverklaarbare oorlogsfeiten van mijn ouders weet ik alleen te verklaren aan de hand van het ontbreken van een Joodse staat.

Mijn eerste spreekbeurt ging over het wonder van de Zesdaagse Oorlog en ik wist en weet nog alle details. Niet Batman, maar Moshe Dayan was mijn superheld. Sindsdien is Israël alleen maar sterker en moderner geworden tot de mini-superstaat die het nu is. Mijn ouders overleefden de oorlog, maar tegelijk ook niet. Op mijn 16e en 17e jaar verloor ik achtereenvolgens mijn vader en mijn moeder.

Ze hadden ons – 3 broers – laten besnijden en via Haboniem en sjoel zoveel mogelijk antwoord verschaft op de vragen waarmee we van school thuiskwamen. Die van mijn middelste broer was het duidelijkste signaal geweest: – ‘mama, waarom moeten wij worden vergast?’. Daarop werden we naar Joodse les gestuurd.

Het was in die jaren nog gebruikelijk dat je op een zomerse dag of nacht werd opgeschrikt door een daverende klap. Een vliegtuig had zojuist de geluidsbarrière doorbroken. Niks bijzonders die dagen, maar je vond jezelf in halfslaap terug in de voortuin tezamen met je broers en een moeder in badjas met verwarde permanent. Wij werden uit bedden gepakt en de tuin in gesleept.

Toen we ouder waren kwamen er wel verhalen over de oorlog, maar die deugden van geen kant. De broer van mijn moeder zou op Bevrijdingsdag door een verdwaalde kogel zijn gedood. Toen ik naar aanleiding van haar dossier, dat ik na haar dood in handen kreeg van de Stichting 40-45, in archieven dook, bleek er helemaal geen broer te bestaan. Ik kwam er ook toen pas achter dat ze een heel andere voornaam had dan wij verondersteld hadden.

Het enige houvast in een gezin dat na en door de oorlog in raadsels en geheimen leefde, was de jaarlijkse verjaardag van mijn grootmoeder. In de riante villa in Laren verzamelde zich een menigte exotisch aandoende figuren met onuitspreekbare Portugese achternamen. Die club vervaagde en dunde ieder jaar verder uit en ik heb er nooit meer van gehoord.

Mijn oma bleef als enige achter tot na het bezoek van de burgemeester. Ik heb haar nog kunnen uithoren over de pettenfabriek en het persbureau Vaz Dias, maar het verhaal heeft nooit post kunnen vatten. Toen mijn vader bijna pensioengerechtigd was zouden we eindelijk naar Israël gaan. Hij stierf echter te vroeg. Ze zijn er nooit geweest.

Ik ken Israël als mijn broekzak. Ik lees dagelijks Israëlische dagbladen, kijk I24News en volg veel Israëliërs via Twitter. Ik ben bijna overal geweest, behalve op plaatsen die militair strategisch geheim moeten blijven. Die zijn op de kaarten geblurred. Een zondagmiddag in de winter is een uitgelezen moment om Israël te bezoeken. Ik scroll dan gewoon naar een plek en rijd met de Google-auto virtueel een eind door het land of door Jeruzalem.

Het is best aangenaam een veilige plek te weten waar je direct welkom bent en beschermd zal worden. Ik heb nooit last gehad van antisemieten. Ze waren er wel en manifesteerden zich ook, maar ik vind ze amusant. Een beetje plaatsvervangende schaamte, meer voel ik niet, ook al zitten ze schuimbekkend tegenover me.

Mocht het hier uit de hand lopen, ik heb nu jonge kinderen, dan heb ik geoefend en pak ik mijn kinderen en neem het vliegtuig naar Israël.

Reacties worden gemodereerd. Let op uw taalgebruik. Schelden en tieren is niet toegestaan. > Lees hier onze spelregels < Reacties die onze regels schenden worden verwijderd. Herhaalde overtredingen, oproepen tot geweld, beledigingen, Holocaust-vergelijkingen en antisemitisme leiden tot een permanente ban. De redactie treedt niet in discussie over de reden voor verwijdering van een reactie, noch over een ban. Ongeldige e-mail-accounts worden geblokkeerd.

Abonneren op reactie(s)
Abonneren op
guest
0 Reacties
Inline Feedbacks
Bekijk alle reacties
0
We zijn benieuwd naar uw reactiex
()
x